maandagnacht 28 oktober 1996
S. heeft geheel onverwacht gezegd: Ik kom om elf uur zaterdagmorgenHeeft ze plotseling, ineens, de dag tevoren, dezelfde ochtend nog besloten?Ik durf er niet zeker van te zijn en bel de luchtvaartmaatschappij om te vragen of het mogelijk is om slechts een dag tevoren te boeken. Uit het antwoord valt niets zinnigs op te maken. Ik kijk het raam uit. De straat heeft een ronding, net zoals de straat, waar ik geboren ben en de eerste zeventien jaar van mijn leven heb doorgebracht. Ik kijk naar haar uit. Er komt af en toe iemand langs, maar S. is het niet. Had ze dan niet onverwacht gezegd: ik kom, ik kom, ik kom? Ze komt niet. Ze komt helemaal niet. Ze komt nooit meer.
terug naar vorige pagina